Bad Iburg
Stad in Duitsland | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Deelstaat | Nedersaksen | ||
Landkreis | Osnabrück | ||
Coördinaten | 52° 10′ NB, 08° 3′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 36,47 km² | ||
Inwoners (31-12-2020[1]) | 10.540 (289 inw./km²) | ||
Hoogte | 104 m | ||
Burgemeester | Annette Niermann (Grüne) | ||
Overig | |||
Postcode | 49186 | ||
Netnummer | 05403 | ||
Kenteken | OS, BSB, MEL, WTL | ||
Stad | 4 stadsdelen | ||
Gemeentenr. | 03 4 59 004 | ||
Website | www.badiburg.de | ||
Locatie van Bad Iburg in Osnabrück | |||
|
Bad Iburg is een stad (Kneippkuuroord) en gemeente in de Duitse deelstaat Nedersaksen. De gemeente is gelegen in de Landkreis Osnabrück. De stad telt 10.540 inwoners.[1] Naburige steden zijn onder andere Bad Essen, Bad Laer en Bad Rothenfelde.
Plaatsen binnen de gemeente
[bewerken | brontekst bewerken]- Bad Iburg zelf
- Glane, 2–3 km ten zuiden van Bad Iburg, aan de Glaner Bach
- Ostenfelde, 2–3 km ten zuidwesten van Bad Iburg; in 1553 ontstond hier een kasteel, Burg Scheventorf; een gedeelte hiervan bestaat nog en is thans een grote boerderij.
- Sentrup, 3–4 km ten zuidoosten van Bad Iburg. Tegen de zuidkant van het natuurreservaat met de heuvels Großer (269 m) en Kleiner (200 m) Freeden gelegen.
- Visbeck, 2–3 km ten zuiden Van Bad Iburg. Boerendorp aan de grens met Bad Laer.
De bevolkingsstatistiek wordt niet per Ortsteil uitgesplitst bijgehouden. Het is dus niet bekend, hoeveel mensen er in elk der vijf delen van de gemeente wonen.
Ligging, verkeer, vervoer
[bewerken | brontekst bewerken]Bad Iburg ligt aan de zuidhellingen van het Teutoburger Woud. De 330 m hoge Dörenberg, de hoogste heuvel van de hele streek, vormt de noordgrens met Georgsmarienhütte. De Bundesstraße 51 verbindt het met het ca. 14 km noordelijker gelegen stadscentrum van Osnabrück en met het 9 km zuidelijker gelegen Glandorf. Bad Iburg ligt op 11 km van afrit 11 van de A33 (via binnenweggetjes richting Borgloh bij Hilter). Oostwaarts leidt een 8 km lange weg naar Hilter am Teutoburger Wald en vandaar enkele km naar afrit 12 van de A33. Via de Bundesstrasse B68 komt men vanuit Hilter in het nog 5 km oostelijker gelegen Dissen am Teutoburger Wald.
Bad Iburg heeft wel een spoorwegstation, maar de spoorbaan, waaraan het ligt, wordt alleen af en toe voor toeristische ritten met historische stoomtreinen en dergelijke gebruikt.
Reizigers per openbaar vervoer nemen doorgaans de trein naar Osnabrück en aansluitend de streekbus naar Bad Iburg, hoewel de oostelijke buurgemeente Hilter wel twee stoptreinstationnetjes heeft aan de lijn Osnabrück-Bielefeld.
Bad Iburg ligt aan diverse langeafstandswandel- en -fietsroutes.
Economie
[bewerken | brontekst bewerken]De gemeente is een Kneippkuuroord en leeft voornamelijk van het toerisme en van de dienstensector (gezondheidszorg). In de dorpen rondom het stadje leeft men voornamelijk van de landbouw.
Bad Iburg als kuuroord
[bewerken | brontekst bewerken]- Kurklinik Dörenberg
- Watertrappelbassins voor mensen (achteraan) en voor honden (vooraan) bij de Freedenbach
- Watertrappelbassin in het zgn. Kurwald, dat in 2018 t.g.v. de Landesgartenschau is aangelegd
- Watertrappelbassin in het Kneipp-Park tijdens de Landesgartenschau 2018
Het kuurbedrijf in Bad Iburg is van relatief jonge datum en richt zich op de Kneippkuur. Voorzieningen hiervoor bestonden al voor de Tweede Wereldoorlog. In 1967 mocht de plaats zich een erkend Kneippheilbad noemen en verscheen het daarbij behorende woordje Bad voor de plaatsnaam Iburg. Er zijn dan ook, vooral sinds de Landesgartenschau 2018, watertrappelbanen e.d. in ruime mate aanwezig. Het in 1967 gebouwde Kurhaus werd in 2004 door nieuwbouw vervangen. Het in 1595 gebouwde en later verplaatste Jagdschlösschen is thans het restaurant van het in 2004 gebouwde nieuwe Kurhaus. Het aantal aanvullende kuurfaciliteiten is gering. De kuurkliniek van Bad Iburg heeft moeten sluiten en is nu een psychiatrisch ziekenhuis. Een ander gelieerd ziekenhuis is nu een verpleeghuis voor (hoog-)bejaarden. Op de Dörenberg, op de noordgrens van de gemeente, staat een kliniek, tevens revalidatiecentrum voor orthopedische geneeskunde en geriatrie. Het is dan ook onzeker of de plaats in de toekomst Bad Iburg mag blijven heten of gewoon weer Iburg.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]- Kasteel Iburg met de Benno-toren; op de voorgrond de Charlottensee
- Kasteel en klooster Iburg, midden 18e eeuw
- Benno II, de tweede bisschop van het kasteel (rond 1100), sculptuur gemaakt door Hans Gerd Ruwe uit Osnabrück
De plaats heeft zijn bestaan te danken aan, en wordt beheerst door het historisch belangrijke Kasteel Iburg. Op de plaats van het huidige kasteel was vermoedelijk al een eerdere versterking aanwezig, mogelijk een mottekasteel. Rond 1080 hadden de bisschoppen Benno I en Benno II hier een zogenaamde waterburcht laten bouwen. Nog in 1080 stuurde de bisschop twaalf benedictijnen naar Iburg; zo kwam er een benedictijnenklooster tot stand.
In 1226 kreeg de buurt aan de voet van de kasteelberg een eigen parochiekerk, gewijd aan Sint Nicolaas. In 1254 verleende de bisschop van Osnabrück, Bruno von Isenberg, de plaats stadsrechten, die echter nooit leidden tot een volwaardige status als stad. Wel werd rond 1300 een stadsomwalling gebouwd, die in de 15e eeuw door stenen muren werd vervangen. In de 16e eeuw maakte de stad deel uit van de Hanze als bijstad van Osnabrück.[2] Pas in de 17e eeuw kreeg Iburg marktrecht en werd een Marktflecken. Pas in 1959 werd de plaats door de regering officieel tot stad verklaard. In 1585 werd Iburg voor de helft verwoest door een stadsbrand. In 1653 trok de laatste prinsbisschop weg uit Kasteel Iburg. Het klooster bleef er tot 1803 bestaan. In 1885 vestigde het Kreis-bestuur zich in het kasteel, dat daarna vooral als kantoor- en schoolgebouw dienst deed.
In 1887 werd de toeristische ontwikkeling voorzichtig opgestart door het uitzetten van wandelroutes en het daarlangs plaatsen van zitbanken. In 1932-1933 werd, als initiatief om de plaats een kuuroord te laten worden, bij het kasteel een grote vijver, de Charlottensee, gegraven. In de 19e en vroege 20e eeuw was er winning van kalksteen in de nabije heuvels.
In 2018 vond in Bad Iburg de Landesgartenschau van de deelstaat Nedersaksen plaats, die kan worden beschouwd als een iets kleinere tegenhanger van de Floriade in Nederland. Ter gelegenheid daarvan zijn overal in de plaats parken en tuinen aangelegd of gerenoveerd. Ook zijn in de openbare ruimte veel beeldhouwwerken opgesteld.
Toerisme, recreatie, bezienswaardigheden
[bewerken | brontekst bewerken]- Belangrijkste bezienswaardigheid in de plaats is Kasteel en Benedictijnerabdij Iburg.
- Door de gemeente lopen talrijke langeafstandsfiets- en -wandelroutes.
- De gemeente ligt aan de zuidkam van het Teutoburger Woud, waar vele wandel- en fietstochten mogelijk zijn. Een wandeling of mountainbiketocht noordwaarts naar de 330 m hoge Dörenberg wordt in het bijzonder aanbevolen. De uitzichttoren is echter helaas wegens bouwvalligheid gesloten.
- De 13e-eeuwse, deels nog romaanse St.-Nicolaaskerk in het centrum
- Het klokkenmuseum in Bad Iburg met o.a. mechanieken van torenklokken.
Sport
[bewerken | brontekst bewerken]In Ortsteil Glane is de sportvereniging TuS Glane actief. De tafeltennisafdeling van deze club bereikte in de jaren 1987-1995 internationale roem. De Nederlandse Mirjam Hooman-Kloppenburg kwam enige tijd voor deze vereniging uit.
Partnersteden
[bewerken | brontekst bewerken]Bad Iburg onderhoudt jumelages met:
- Pagėgiai in Litouwen, sedert 2008
- Charlottenburg-Wilmersdorf, een stadsdistrict van Berlijn, sedert 1980.
Geboren
[bewerken | brontekst bewerken]- Sophie Charlotte van Hannover (1668-1705), latere koningin van Pruisen
- Maximiliaan Willem van Hannover (1666-1726), broer van Sophie Charlotte, veldmaarschalk
- Wilhelm Westmeyer (* 11 februari 1829; † 3 september 1880 in Bonn), componist van o.a. twee opera's, en pianist
Galerij
[bewerken | brontekst bewerken]- De 269 m hoge, met beukenbos begroeide berg Freeden ten oosten van Bad Iburg (hoogte 269 m; natuurreservaat)
- Kasteel Iburg
- De 17e-eeuwse Ridderzaal in het kasteel
- Kasteelmolen aan de Charlottensee, nu restaurant
- De Schlossstraße in Bad Iburg
- Averbecks Hof in Glane
- Averbecks Speicher, nu het dorpsmuseum van Glane
- Het klokkenmuseum
- Neogotische kerk, gewijd aan Jacobus de Meerdere te Glane
- Burg Scheventorf
- Binnenplaats Burg Scheventorf
- Het in 1595 gebouwde Jagdschlösschen,nu restaurant
- De St. Nicolaaskerk
- Voormalige hof van de gouwgraaf, nu raadhuis
- Deels uit 1614 daterend restant van kasteel Schleppenburg, nu een veehouderij
- Trommelaarsfontein van Ruwe, Stadtteil Glane
- Grote Straat, Ambachtsliedenfontein (Hans Gerd Ruwe)
- Zeppelinsteen bij Bad Iburg[3]
Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]Website over allerlei musea o.a. het klokkenmuseum Bad Iburg
- ↑ a b (de) Landesamt für Statistik Niedersachsen, LSN-Online Regionaldatenbank, Tabelle A100001G: Fortschreibung des Bevölkerungsstandes, Stand 31. Dezember 2020
- ↑ Arnout van Cruyningen (2019): De Hanze: De eerste Europese handelsmacht, Uitgeverij Omniboek, Utrecht. ISBN 9789401915786, p. 122
- ↑ Op de grens van de gemeenten Bad Iburg en Hilter is een heuvel, die Limberg heet. Op 28 juni 1910 steeg een zeppelin vanuit Düsseldorf op voor een promotietocht. De bedoeling was, de inzittenden van de voordelen van de luchtvaart per zeppelin te overtuigen. Boven het Teutoburger Woud kwam de zeppelin in een vele uren aanhoudend noodweer terecht. Toen ook nog een motor uitviel, stortte het luchtschip op de Limberg neer. Enige meters boven de grond bleef de zeppelin hangen tussen de boomtakken van het naaldbos. Wonder boven wonder vielen er geen doden of zwaargewonden. Arbeiders van een nabijgelegen staalkabelfabriek en soldaten kwamen de gestrande passagiers al snel te hulp en hielpen hen, de bewoonde wereld te bereiken. Het ongeluk veroorzaakte in de dagen daarna enorme publiciteit.