Beste Rotterdamse Boek

De prijs voor het Beste Rotterdamse Boek, voorheen ook bekend als de "Novel Award", werd in 2007 voor het eerst uitgereikt en is een initiatief van Bibliotheek Rotterdam. Boeken die genomineerd kunnen worden, zijn boeken die nadrukkelijk handelen in Rotterdam en/of zijn geschreven door een auteur uit Rotterdam of de regio Rijnmond. Sinds 2013 wordt de prijs tweejaarlijks uitgereikt en zijn er twee categorieën: fictie en non-fictie. De prijsuitreiking vindt plaats tijden het Lezersfeest in de Centrale Bibliotheek Rotterdam.

De prijs werd in 2007 toegekend (voor het Beste Rotterdamse Boek van 2006) aan Judith Visser voor haar roman Tegengif. De overige genomineerden voor het beste boek van 2006 waren:

De prijs voor het Beste Rotterdamse Boek 2007 werd op het Rotterdams Letterenbal, de Rotterdamse opening van de Boekenweek, uitgereikt aan Judith Visser voor haar roman Tinseltown. Voor de Novel Award voor het Beste Rotterdamse boek van 2007 waren verder genomineerd:

Het Beste Rotterdamse Boek van 2008 was Fantasma van Najoua Bijjir. De andere genomineerden waren:

In 2009 was het Beste Rotterdamse Boek: Alle ballen op Heintje van Hugo Borst. Ook genomineerd voor deze prijs waren:

Brandgrens Rotterdam 1930/2010 van Paul van de Laar en Koos Hage was het Beste Rotterdamse Boek van 2010. De andere genomineerden:

Op 21 maart 2012 werd de prijs voor het Beste Rotterdamse Boek 2011 uitgereikt aan Carel van Hees voor zijn boek Eversteijn. De vier andere genomineerden:

In 2013 konden jury en stemmers winnaars kiezen uit twee categorieën: fictie en non-fictie. De genomineerden waren:

in de categorie fictie

in de categorie non-fictie

Alex Boogers won met zijn boek Alle dingen zijn schitterend de prijs voor de categorie fictie. Joris Molenaar won met Brinkman en Van der Vlugt Architects in de categorie non-fictie.

overige genomineerden

De winnaar van het Beste Rotterdamse Boek van 2017 was Ernest van der Kwast met Het wonder dat niet omvalt.