Jan Jacob Vool

Kabinetorgel in de Menkemaborg (foto uit 1999)

Jan Jacob Vool (Altenkirche, circa 1745 – Amsterdam, 30 juni 1819) was een Nederlands orgelbouwer van Duitse komaf.

Leven en werk

[bewerken | brontekst bewerken]

Vool kwam omstreeks 1775 naar Amsterdam en trouwde in 1780 of kort daarna met Geesje Klijnveldt.[1] Hij werkte vanuit de Eerste Weteringdwarsstraat[2] en bouwde een beperkt aantal kerkorgels. Hij was gespecialiseerd in huisorgels en kabinetorgels. De Algemene muziek encyclopedie noemt een kerkorgel te Boskoop (niet meer aanwezig) en kabinetorgels in 's-Hertogenbosch en in de Menkemaborg in Uithuizen.[3] Dat laatste bouwde hij in 1777 samen met Hermanus Adolfus Groet; het werd in 1935 in permanente bruikleen van het Groninger Museum in deze borg geplaatst. In de eerste jaren van de 21e eeuw werd het gerestaureerd door Mense Ruiter.[4] Na het overlijden van zijn collega-orgelbouwer Johannes Stephanus Strümphler in 1807 voltooide Vool het orgel van de Amstelhof in Amsterdam.