Tehuis Oosteinde
Tehuis Oosteinde | ||||
---|---|---|---|---|
Op nummer 16 (geheel links) was Tehuis Oosteinde gevestigd. | ||||
Locatie | ||||
Plaatsnaam | Amsterdam | |||
Adres | Oosteinde 16 | |||
Status en tijdlijn | ||||
Status | Gesloopt | |||
Oorspr. functie | Woonhuis | |||
Afgebroken | 1962 | |||
|
Tehuis Oosteinde was een opvangtehuis en een cultureel en educatief centrum voor Duits-Joodse vluchtelingen in Amsterdam. Vanaf februari 1941 zat hier een afdeling van de Joodse Raad gevestigd.[1][2]
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Op initiatief van het Comité voor Bijzondere Joodsche Belangen werd het tehuis in 1937 geopend. Het was gevestigd aan Oosteinde 16 en bedoeld voor de opvang van Duits-Joodse vluchtelingen.[3] Het tehuis was daarnaast ook een educatief en cultureel centrum waar allerlei (beroeps)cursussen en taallessen aangeboden werden.[2][3] Onder meer Rosey E. Pool gaf hier Engelse les aan emigranten die plannen hadden verder te emigreren.[4] In het gebouw was een bibliotheek gevestigd en er werden lezingen en cabaretvoorstellingen gegeven.[3][5] Ook had het een afdeling voor jeugdwerk en sociale hulp.[6]
Voor het inrichten van het tehuis was het afhankelijk van giften.[7] Vanaf 1939 viel het pand aan Oosteinde 24 ook onder Tehuis Oosteinde.[5]
Het tehuis stond onder leiding van onder meer Jakob Hermann Bier (directeur) en Alice Heymann-David (secretaresse en adjunct-directrice).[5][8] Het had tussen de vijftienhonderd en tweeduizend leden.[9]
Verzetsgroep Oosteinde
[bewerken | brontekst bewerken]In Tehuis Oosteinde vormde de verzetsgroep Oosteinde, later verzetsgroep Van Dien genoemd.[2] Vanaf 1942 hielden zij zich bezig met het vervalsen van documenten, het verspreiden van illegale kranten en het helpen bij ontsnappingen uit Kamp Westerbork en de Hollandsche Schouwburg.[10]
Opheffing
[bewerken | brontekst bewerken]Na de opheffing van de Joodsche Raad in juli 1943 sloot Tehuis Oosteinde. Het even deel van Oosteinde bestond uit een rij woonhuizen met daarachter een galerij, beide naar ontwerp van Dolf van Gendt. Het gebouw bood vanaf zomer 1944 onderdak aan de Pieter van Foreestkliniek. De galerij behoorde bij het Paleis voor Volksvlijt, dat in 1929 afbrandde. De woningen en galerij bleven tot medio 1962 staan. Toen werden ze gesloopt om plaats te maken voor het gebouw van De Nederlandsche Bank.[11]
- ↑ Oosteinde. joodsamsterdam. Gearchiveerd op 31 januari 2023. Geraadpleegd op 17 juli 2024.
- ↑ a b c Jeensma, Jelle, Interviews belichten 'vergeten' joods vezet. De waarheid (8 april 1987). Geraadpleegd op 18 juli 2024 – via Delpher.
- ↑ a b c van Lakerveld, Carry, Victor Levie (2018). Hoezo, als makke schapen?. Auschwitz Bulletin 62
- ↑ Geerlings, Lonneke, Pool, Rosa Eva (1905-1971). Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. Huygens Instituut (27 november 2017). Geraadpleegd op 18 juli 2024.
- ↑ a b c Braber, Ben (2015). Waren mijn ogen een bron van tranen: een joods echtpaar in het verzet, 1940-1945. Amsterdam University Press, p. 28-29. ISBN 9789048528004.
- ↑ Joodsche Raad voor Amsterdam. Oorlogsgestroffenen. Geraadpleegd op 18 juli 2024.
- ↑ Kalker-Kalker, M. (1 december 1936). Tehuis voor Duitse joden. Gearchiveerd op 18 juli 2024. Ha'ischa; orgaan van de joodsche vrouwenraden in Nederland 8
- ↑ Sternheim, Andries (2023). Balling in eigen land - Het oorlogsdagboek van Andries Sternheim. Uitgeverij Verloren, p. 91. ISBN 9789464550870.
- ↑ Anstadt, Milo, "Mythen over joods verzet", NRC, 9 mei 1987. Gearchiveerd op 18 juli 2024. Geraadpleegd op 18 juli 2024.
- ↑ (de) [CLI_Part_19 132041487 Markus Rubinstein]. Talk in the Forum of the Arolsen Archives (14 juli 2023). Gearchiveerd op 18 juli 2024. Geraadpleegd op 18 juli 2024.
- ↑ Pieter van Foreestkliniek. Geheugen van de VU. Gearchiveerd op 18 juli 2024. Geraadpleegd op 18 juli 2024.