Rijkswegen in Nederland

In Nederland worden rijkswegen onderhouden door Rijkswaterstaat in opdracht van het Rijk. Rijkswaterstaat is tevens verantwoordelijk voor de aanleg van nieuwe rijkswegen, hetgeen zij doen op basis van een tracébesluit dat door de minister van Infrastructuur en Waterstaat is genomen. In 2017 had Nederland in totaal 5357 km rijksweg.[1] Diverse oorspronkelijke rijkswegen zijn overgedragen aan provincies en gemeenten. Het huidige netwerk van Rijkswegen wordt ook aangeduid als het hoofdwegennet.

Een rijksweg kan zowel een reguliere weg, een autoweg of een autosnelweg zijn.

De naam Rijksweg komt in Nederland vrij veel voor als straatnaam van wegen die een rijksweg zijn (of het ooit waren). Dit kan tot een dubbelzinnigheid leiden: "Rijksweg 30" kan duiden op de rijksweg met nummer 30, dat is een autosnelweg tussen Ede en Barneveld, maar ook op het pand met huisnummer 30 aan een straat die Rijksweg heet.

In 1810 maakte Napoleon als eerste werk van een samenhangend rijkswegennet. Er werd een plan opgesteld voor een netwerk van rijkswegen, ingedeeld in verschillende klassen. De wegen van de 1e en 2e klasse werden door de staat aangelegd, de aanleg van de overige wegen door de lagere overheden. In 1821 omvatte het Rijkswegennet zo'n 500 km weg, die in de daaropvolgende decennia vrijwel geheel werd bestraat.

Het zou honderd jaar duren voordat het rijkswegennet verder zou worden uitgebreid. Minister Lely voorzag als eerste een grote toekomst voor de automobiel. In 1915 stelde Lely voor de belangrijkste en drukste verbindingen te verbeteren. Door de uitgebroken Eerste Wereldoorlog strandde zijn voorstel door benzine- en geldgebrek.

Bioscoopjournaal uit januari 1929. Een overzicht van de werkzaamheden bij de aanleg van de nieuwe verkeersweg Rotterdam - Den Haag.

In 1927 werd een nieuw rijkswegenplan vastgesteld. Dit plan voorzag in een aanzienlijke uitbreiding van het aantal rijkswegen en verbetering van de belangrijkste rijkswegen. Dit was hard nodig. De meeste rijkswegen waren drie meter breed en werden gebruikt voor fietsers, automobielen, trams en paarden. In 1932 werd het rijkswegenplan herzien. Dit rijkswegenplan voorzag nog niet in de aanleg van snelwegen. In 1933 werd echter tot de aanleg van de allereerste snelweg besloten: de rijksweg 12 van Den Haag naar Utrecht.

Enkele jaren later, in 1936, werd door Rijkswaterstaat een aantal belangrijke rijkswegen aangewezen als autosnelweg. Deze wegen moesten zo snel mogelijk worden aangepast. In 1938 werd het autosnelwegenplan opgenomen in het rijkswegenplan. In de volgende decennia werden steeds meer rijkswegen uitgevoerd als autosnelweg.

In 1976 werd op de rijkswegen wegnummering ingevoerd. Autosnelwegen kregen een A-nummer, Niet-autosnelwegen een N-nummer. De administratieve nummers weken vaak af van het wegnummer. De A28 bijvoorbeeld bestond uit de administratieve wegen 32, 36 en 37. In 1984 werden de administratieve nummers zo veel mogelijk gelijk getrokken met de wegnummers.

Geschiedenis van autosnelwegen

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 15 april 1937 werd tussen Voorburg en Zoetermeer de eerste autosnelweg in Nederland feestelijk geopend. Deze weg was gemaakt van betonplaten. In de jaren die volgden kreeg de aanleg van autosnelwegen een belangrijke rol in de mobiliteitsplannen. In 1938 reden er al ongeveer 90.000 auto's op de weg. De eerste file op een autosnelweg stond op eerste Pinksterdag 1955. In 1965 wordt de Van Brienenoordbrug over de Nieuwe Maas geopend. In de winter van 1973/'74 zijn er autoloze zondagen: autoverkeer is verboden op alle wegen wegens het tekort aan olie en de beperkte beschikbaarheid van benzine. In 1985 werd op het Prins Clausplein de eerste fly-over in gebruik genomen. In 1986 werd bij Woeste Hoeve het eerste ecoduct aangelegd. In 1996 nam men de eerste grote regionale verkeerscentrale in gebruik, waarna er nog vier andere samen met een landelijke verkeerscentrale volgden. In 1997 werd de eerste spitsstrook aangelegd.[2]

hectometerpaaltje van Rijkswaterstaat

Rijkswegen zijn doorgaans te herkennen aan een wegnummer met een N (weg of autoweg) of A (autosnelweg). Rijkswegen zijn ook herkenbaar aan het hectometerpaaltje.

In vrijwel alle gevallen is het A/N-nummer gelijk aan het rijkswegnummer. Een van de uitzonderingen is de A/N18. Deze weg maakt namelijk deel uit van Rijksweg 15. Die is ontstaan omdat in de jaren negentig is afgezien van het doortrekken van de A15 naar Zevenaar. Daarop is het deel van Rijksweg 15 in de Achterhoek omgenummerd naar A/N18. Een andere bijzonderheid doet zich voor op de A29. Die maakt deel uit van zowel Rijksweg 4 als Rijksweg 29.

Bewegwijzering

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie ook: bewegwijzering

Sinds 1 januari 2004 verzorgt het bedrijf Tebodin de bewegwijzering van het rijkswegennet tot 2007. Tebodin heeft de openbare aanbesteding gewonnen van de ANWB die tot 2004 jarenlang verantwoordelijk was voor de bewegwijzering. Het contract met Tebodin is daarna verlengd met 1 jaar tot eind 2008, waarna een nieuwe aanbesteding is geweest. Ook deze aanbesteding is gewonnen door Tebodin, ditmaal tot eind 2010. Op de overige wegen is de ANWB nog wel verantwoordelijk voor de bewegwijzering.

Rijkswegenkaart
Rijkswegenkaart

Lijst van Nederlandse Rijkswegen

[bewerken | brontekst bewerken]

Planvervangende wegen

[bewerken | brontekst bewerken]

Voormalige rijkswegen

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Lijst van voormalige rijkswegen in Nederland voor een volledig overzicht van voormalige rijkswegen

Verwante onderwerpen

[bewerken | brontekst bewerken]